Leo de Veld is altijd aan het tekenen. Als peuter klom hij al voor dag en dauw uit zijn bed om meteen naar zijn setje kleurpotloden te grijpen. Stilletjes sloop hij dan naar zijn bureau bij het raam met uitzicht op de Jan Porcellistraat. Met zijn vingertjes trok hij het rolgordijn ietsje omhoog voor wat licht en ging vervolgens aan de slag. ‘Een tekening is goed als je er het plezier van de tekenaar in terugziet.’
Knuffelende huisjes
Met datzelfde plezier is hij inmiddels al vijftien jaar de vaste tekenaar van de folders, posters, filmpjes en ander materiaal van Opzoomer Mee. ‘Het begon met een logo maken voor een nieuwe Opzoomercampagne. Goeie Buren, heette die. Of ik daar iets voor kon verzinnen. Dat werden twee knuffelende huisjes,’ vertelt Leo telefonisch vanuit Tsjechië. Van het een kwam het ander en inmiddels is zijn tekenkunst onlosmakelijk verbonden met de Opzoomercampagne. Zodra zijn tekeningen overal in de stad opduiken, weet je genoeg: Rotterdam gaat weer Opzoomeren!
Boheems Paradijs
Daar, 900 kilometer verwijderd van Rotterdam, heeft hij een ‘tweede thuis’ in het Boheems Paradijs, een berggebied vol bossen, kastelen, burchten en fraai gevormde kalkrotsen. Want hoeveel hij ook houdt van Rotterdam, dat vind je allemaal niet in de grote stad. ‘Ik heb me hier samen met mijn moeder van 90 ingegraven om de tweede coronagolf uit te zitten, legt hij uit. ‘Hier hebben we alle ruimte, er zijn bijna geen mensen en kan ik een oogje op haar houden. Maar ik denk dat ze rond nieuwjaar toch wel weer graag naar haar huisje in IJsselmonde wil.’
Peperbussen
Waar Leo wel een beetje van baalt, is dat hij nu niet met eigen ogen zijn laatste creatie kan bewonderen. Overal in de stad staan nu zogenoemde peperbussen waarop reuzegroot de tekening te zien is die hij maakte voor ‘Doe wat Liefs voor je buren in december’. ‘En? En? Hangen ze al? Zien ze er goed uit?’, vraagt hij meteen. ‘Het is gek. Meestal duurt het jaren voor ik mijn eigen tekeningen zelf kan waarderen. Maar bij deze was ik meteen tevreden over het eindresultaat. Ik hoop dat heel Rotterdam er ook een beetje blij van wordt, want dat is de bedoeling.’